Leerlingkenmerken van een cluster 4-leerling

Algemeen
Op onze locatie in Apeldoorn hebben we een zelfstandige afdeling waar cluster 4-onderwijs wordt geboden, uitgaande van de Obadjaschool in Zwolle. Dit onderwijs is bedoeld voor leerlingen met psychiatrische en/of gedragsproblemen aan wie onze school zelf geen goede orthopedagogische zorg kan bieden. Het probleemgedrag valt in de categorie vso cluster 4.

Toelatingscriteria

  • De leerling heeft meer begeleiding nodig dan in de reguliere setting geboden kan worden.
  • Er is een actueel en compleet leerlingendossier.
  • Er is een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) cluster 4.
  • Er is een intakegesprek met de intakecommissie, bestaande uit een orthopedagoog, de sociaal-psychologisch leerlingbegeleider en de teamleider.
  • Er is een positief plaatsingsadvies, afgegeven door de commissie van begeleiding van cluster 4.

Intakeprocedure

  • De toelating tot cluster 4 verloopt via twee sporen:
    1. inschrijving bij de Obadjaschool;
    2. registratie bij de Jacobus Fruytier scholengemeenschap en aanmelding betreffende de identiteit.
  • Ouder(s)//begeleidende instantie(s) zijn vertegenwoordigd tijdens een intakegesprek.
  • Er vindt dossieroverdracht plaats vanuit ouder(s) en toeleverende school.

Studievaardigheden en houding

  • Studievaardigheden, werkhouding, inzicht, zelfstandigheid en motivatie zijn gegevens die in het leerlingendossier moeten staan.
  • Inhoudelijk zijn deze items niet doorslaggevend voor de plaatsing van een leerling.

Sociaal-emotioneel ontwikkeling

  • De leerlingproblematiek moet (duidelijk) in kaart te brengen zijn na een intakegesprek.
  • De leerling moet in staat zijn om een schoolprogramma op de cluster 4-afdeling te volgen.

Voorkomende en gediagnosticeerde gedragsdiversiteit

PDD-NOS / klassiek autisme / syndroom van Asperger / aan autisme verwante stoornis

Kenmerken:

  • Verhoogde behoefte aan structuur (overzicht)
  • Gehecht zijn aan routine en eenduidigheid (in taken en begeleiding)
  • Moeite met sociale contacten en beperkt invoelingsvermogen
  • Bijzondere interesses in een of meer onderwerpen
  • Vaak een kloof tussen cognitieve intelligentie en emotionele intelligentie

AD(H)D

  • Bovengemiddelde (ervaren) onrust
  • Bovengemiddelde hyperactiviteit (ADHD)
  • Aandachtsproblemen
  • Concentratieproblemen
  • Moeite meerdere taken tegelijk te doen
  • Moeite met het opvolgen van instructies
  • Vaak dingen kwijt zijn en vergeten
  • Snel afgeleid door prikkels van buitenaf

Angststoornis

  • Paniekaanvallen (transpireren, trillen/beven, naar adem snakken, misselijkheid/buikklachten)
  • Vermijden van situaties waar ze bang voor zijn
  • Angst voor mensenmassa’s/reizen/reizen met de bus of trein
  • Angst voor school of voor presteren (faalangst)
  • Vermijding van sociale situaties uit angst om in verlegenheid te raken
  • Smetvrees
  • Bang om alleen gelaten te worden (bang om bij moeder vandaan te gaan)

(Manische) depressie

Bij depressie:

  • Verlies van interesse of plezier
  • Prikkelbare stemming
  • Eet- en/of slaapproblemen
  • Onterechte schuldgevoelens en gevoelens van minderwaardigheid
  • Minder concentratie
  • Psychomotorische remming
  • Suïcidegedachten

Bij manische depressie:

  • Overschatting van eigen kunnen en zijn
  • Periodes van uitgesproken blijdschap
  • Slecht slapen
  • Medicijnen niet in willen nemen

Schizofrenie

Waarneembare kenmerken:

  • Wanen
  • Hallucinaties
  • Vervlakking van gevoel, gedachten, spraak
  • Futloosheid en onbeweeglijkheid
  • Extreem negativisme
  • Extreem gevoelig voor stress
  • Verlies van energie
  • Achteruitgang in zelfverzorging
  • Angst
  • Achterdocht
  • Te uitgesproken belangstelling voor geloofszaken, filosofie, paranormale onderwerpen

Hechtingsproblematiek

  • Afwijzendheid tegenover de meest nabije figuren, of juist het tegenovergestelde
  • Geen lichaamscontact of intimiteit
  • Voelt zich tekort gedaan, lokt afwijzing uit
  • Geen oogcontact
  • Wantrouwend
  • Komt veel voor bij adoptiekinderen
  • Vertoont soms provocerend seksueel gedrag
  • Beperkingen in het aangaan van vriendschappen
  • Escalerende machtsstrijd met gezaghebber
  • Vraagt voortdurend aandacht

ODD

  • Vaak opstandig of weigert zich te voegen naar regels
  • Vaak driftig
  • Ruzie met volwassenen
  • Ergert vaak met opzet anderen
  • Geeft de ander vaak de schuld van eigen fouten
  • Vaak boos en gepikeerd

Overige stoornissen

Selectief mutisme

  • Niet praten in bepaalde omgevingen of ruimtes
  • Angstig

NLD

  • Kloof tussen verbale en performale intelligentie
  • Blijft vaak hangen in details
  • Letterlijk geheugen
  • Zwakke schrijfmotoriek
  • Moeite met inzichtelijk rekenen
  • Moeite met probleemoplossend denken
  • Zwakke planning

Posttraumatische stressstoornis (PTSS)

  • Angst naar aanleiding van prikkels die samenhangen met ernstige stressfactoren
  • Herbeleving van trauma
  • Ontkennen van traumatische gebeurtenis
  • Vermijdingsgedrag

Rouwproblematiek

  • Agressief gedrag
  • Stil/afwezig gedrag
  • (zie sommige kenmerken bij hechtingsproblematiek)

Uitgestelde diagnose

  • Enkele kenmerken van een stoornis komen voor, maar onvoldoende om gediagnosticeerd te worden.
© JFSG